Wij gebruiken cookies om uw ervaring op onze site te verbeteren. Dit omvat cookies van derde partijen, zoals Google Analytics, die ons helpen te analyseren hoe u onze website gebruikt, en / of cookies van sociale media-platforms zoals YouTube, die interactieve content op onze website mogelijk maken.
Uw privacy is belangrijk voor ons. Wij gebruiken deze cookies alleen met uw toestemming. Door op "Accepteren" te klikken, stemt u in met het gebruik van deze cookies. Als u echter niet instemt, kunt u op "Weigeren" klikken. Houd er rekening mee dat als u de cookies weigert, sommige functies van de site, zoals ingesloten YouTube-video's, mogelijk niet correct functioneren.
Strandjutters zijn verzamelaars. Ze speuren het strand af op zoek naar bruikbare of waardevolle spullen. Dat kan van alles zijn: kratten van een vissersboot, kostbare fossielen, drijfhout of flessenpost. Echte strandjutters gaan er speciaal voor naar het strand, het liefst bij onstuimig weer. Dan is de kans het grootst dat er wat bijzonders aanspoelt. Langs de vloedlijn is de kans het grootst dat er iets te vinden is. Dat is lijn waar het water tijdens vloed de hoogste stand bereikt. Als het eb wordt, blijven juist daar veel spullen achter. Vroeger was het strandjutten een manier om wat extra geld te verdienen. De aangespoelde spullen werden gebruikt als bouwmateriaal of brandhout, of werden verkocht. De rampen die op zee gebeurden, waren voor de jutters zo een bron van inkomsten. Elk dorp aan zee had wel een paar strandjutters. Ze probeerden elkaar voor te zijn als er iets te halen viel op het strand. De jutters gebruikten vaak paarden om de gevonden spullen te dragen. Meestal waren dat Shire’s, een Engels paardenras.
Der
Strandräuber
Der
Beruf des Strandräubers
Strandräuber
sind Sammler. Sie suchen den Strand nach brauchbaren Dingen ab. Das kann alles
sein: Kisten von einem Fischerboot, kostbare Fossilien, Treibholz oder
Flaschenpost. Echte Strandräuber gehen dafür extra zum Strand, am liebsten bei stürmischem
Wetter. Dann ist die Chance am größten, dass etwas Besonderes angespült wird. Entlang
der Flutlinie ist es am wahrscheinlichsten etwas zu finden. Das ist dort, wo
das Wasser während der Flut am höchsten steht. Wenn es Ebbe wird, bleiben dort
die meisten Sachen liegen. Früher war Strandräubern eine Möglichkeit, um
zusätzlich an Geld zu kommen. Die angespülten Dinge wurden als Baumaterial oder
Brennholz verwendet oder sie wurden verkauft. Die Schiffsunglücke waren somit
für die Strandräuber eine Einnahmenquelle. Jedes Dorf am Meer hatte ein paar
Strandräuber, die jeweils versuchten, schneller als die anderen Strandräuber am
Strand zu sein, wenn es dort etwas zu holen gab. Die Räuber waren oft mit
Pferden unterwegs, die die Fundsachen tragen mussten. Meistens waren es Shire
Horses, eine englische Pferderasse.
De zee geeft en de zee neemt
Vroeger leefden in Nederland veel meer mensen van de visserij dan tegenwoordig. Er waren nog echte vissersdorpen waar alle mensen van de visserij leefden. De mannen gingen met hun vissersboot eropuit en bleven soms wekenlang weg. In die tijd was het leven op zee veel zwaarder. De vissers hadden lang niet zoveel apparatuur als tegenwoordig. Het uitzetten van netten en het binnenhalen en schoonmaken van de vis deed men met de hand. Als er wat gebeurde op zee, konden de vissers niet zo gemakkelijk hulp inroepen. Door storm en slecht weer vergingen er veel meer schepen op zee dan nu. Voor de vissers hoorde dat bij hun leven. Een spreekwoord dat de vissers vaak gebruikten luidt: de zee neemt en de zee geeft. Ook strandjutters hoor je vaak spreken over de dingen die de zee heeft ‘gegeven’. Ze geven de zee daarmee een menselijke eigenschap. Voor mensen die altijd op of aan de zee hun werk doen, is de zee misschien ook wel als een mens. Let er maar eens op als je strandjutters, vissers of mensen van de reddingsbrigade hoort praten.
Das
Meer gibt und das Meer nimmt
Früher lebten in den
Niederlanden mehr Menschen von der Fischerei als heute. Es gab noch richtige
Fischersdörfer, in denen alle Menschen damit ihr Geld verdienten. Die Männer
fuhren mit ihren Fischkuttern raus aufs Meer undblieben manchmal wochenlang draußen. Zu der Zeit war
das Leben auf See viel schwerer. Die Fischer hatten längst nicht so viel
Ausrüstung wie heute. Das Aussetzen und Einholen der Netze sowie das Ausnehmen
der Fische erfolgte per Hand. Falls etwas unterwegs passierte, konnten die
Fischer nicht so einfach um Hilfe rufen. Aufgrund von Stürmen und
Schlechtwetter gingen viel mehr Schiffe unter als heutzutage. Für die Fischer
gehörte das zu ihrem Leben dazu. Ein gebräuchliches Sprichwort der Fischer
lautete deshalb: das Meer gibt und das Meer nimmt. Auch Strandräuber reden
häufig davon, dass das Meer ihnen etwas gegeben hat und geben ihm so eine
menschliche Eigenschaft. Für Menschen, die immer auf oder am Meer arbeiten, ist
es vielleicht so etwas wie ein Mensch. Achten Sie mal darauf, wenn Sie Gespräche
unter Strandräubern, Fischern oder Seenotrettern mitbekommen
Jutters van nu
Tegenwoordig is strandjutten geen echt beroep meer, maar een hobby. De weinige strandjutters die er in Nederland nog zijn, struinen niet alleen het strand af naar bruikbare spullen. Bij de strandjutters van nu kun je ook een kijkje gaan nemen. Volwassenen en kinderen kunnen een ritje langs het strand maken, meedoen aan een juttersspeurtocht of een kijkje nemen in een van de strandjuttersmusea. Op Ameland is er het landbouw en juttersmuseum Swartwoude in Buren.
Strandräuber
von heute
Heutzutage ist
Strandräubern kein Beruf mehr, sondern ein Hobby. Die wenigen Strandräuber, die
es in den Niederlanden noch gibt, suchen nicht nur den Strand nach brauchbaren
Dingen ab. Bei ihnen kann man auch einen Einblick bekommen. Kinder und
Erwachsene können mit ihm am Strand entlangfahren, sich mit ihm auf Suche
begeben und sich seine Funde im Strandräubermuseum ansehen. Auf Ameland gibt es
das Ackerbau- und Strandräubermuseum Swartwoude in Buren